Het is weer eens tijd om iets te schrijven over het reilen en zeilen in België dacht ik. Daarbij wil ik naast een bouwupdate ook de lompe zijde van mijn leven weergeven. We beginnen met de interessante zaken, namelijk de bouw(val).
Hieperdepiep we hebben een aannemer gevonden die we na één ontmoeting wel lijken te vertrouwen. Het is een 50-jarige man die samenwerkt met twee andere metsers. Hij woont in Putte om de hoek en kan relatief snel beginnen (zonder alle winterelende gerekend dan) zo tussen maart en mei. Natuurlijk moeten wij dan eerst onze bouwvergunning hebben, maar die komt er hopelijk snel aan. Daarbij heeft hij het liefst dat wij als ‘bouwheer’ meehelpen. Hij zou alle voorbereidende werken doen, zoals uitslijpen van een deurgat en het stutten van muren, waarna wij de stenen weghakken en afvoeren. Ook als ze aan het metsen zijn kunnen wij helpen als metser-diener door stenen en mortel aan te dragen. Voorlopig zijn we dan ook zuinig met onze vrije dagen, want de vakantie zal werkwoord worden. Uiteraard zijn we daar niet rouwig om aangezien we zo centen uitsparen en later kunnen zeggen dat we echt meegeholpen hebben met het bouwen van ons stulpje. Ondertussen zijn we ook naar de dakwerker gestapt die bijna een offerte klaar heeft. Jippie! Ook de schrijnwerker zou bezig moeten zijn met een offerte voor de ramen en deuren.
Na al dat goede nieuws een fait-stupide. Ergens in mij schuilt een ware kluns. Met het afbreken heb ik al een hoop spijkers in mijn lijf gevoeld en meermaals de kruiwagen in mijn been gepoot, maar ook op het werk ontkom ik er niet aan. Ik stond aan een hoge tafel en wilde het plastiek in mijn vuilnisbak samendrukken met mijn voet. Daarbij had ik aan aanvaring met de tafelrand. Meteen werd de knie dik en blauw en hinkte ik de dag verder. Tja, lompe koeien hebben nu eenmaal blauwe plekken van tijd tot tijd.